Bertopreis16.reismee.nl

Reiziger in parels.

Het is een warme klamme zomerdag. Pareltjes zweet druppelen langs mijn gezicht en glinsteren in het zonlicht. Ik loop door het Morialta National Park op zoek naar watervallen. Frans is koploper, dan volgt Carla en achteraan bungelen de fotografen Ester en uw verhalen verteller. Opnieuw ben ik geĂŻmponeerd door de prachtige ongerepte natuur. Wij lopen langs een kleine waterstroom, libellen zoeven in elegante snelle bewegingen voorbij, vogels kwetteren en pikken druppeltjes op. Het ritselt, zoemt om mij heen, hier en daar brengt een zachte bries de bladeren van de Eucalyptus boom in beweging. In de verte hoor in het geruis van water en even later zie ik een smalle strook water uit de rotsen vallen. Ik kom dichterbij, zie Frans onder de waterval staan, hij heeft zijn kleren nog aan. Carla volgt even later. Het blijft stil, in verbazing staan wij elkaar aan te kijken. Wat een wonderschone bijzondere plek is dit. Ik probeer woorden te geven aan deze bijzondere plek, blijf stil in opperste verwondering, geniet even later samen met mijn lief onder de waterval. Later komen wij niet verder dan superlatieven. Wij gaan allemaal opnieuw onder de kletterende waterval gaan en laten de schoonheid over ons heen vallen. Zwemmen in het koele water van de kleine kreek, omringd door eeuwen oude gestapelde rotsen en het weelderige groen van de bomen en struiken. Dit is opnieuw een pareltje. Ik heb deze reis veel pareltjes van schoonheid gezien en beleefd, ik kan daar een aardige ketting van rijgen. Het is de laatste dag van deze fantastische reis, morgen vliegen wij terug naar het winterse Nederland. Het zal enige tijd duren voordat ik alle indrukken en emoties van deze reis een plek heb gegeven. Voor mij een nieuwe ervaring om 6 weken in gezelschap van anderen rond te trekken en samen te leven, de schoonheid te beleven en vooral te genieten. Het is wonderwel gelukt, samen reizen en toch op mijn eigen wijze alles kunnen ervaren en beleven. Opvallend, hoewel niet onverwacht, was dat onze beleving en genieten van de natuur dicht bij elkaar ligt, met veel ontmoetingen. Op deze wijze reizen is samen met mijn lief een vanzelfsprekendheid geworden. Het is fijn om te ontdekken dat ik dit ook met Frans en Ester heb kunnen ervaren. Ik ben mijn vrienden dankbaar dat ik deze reis, eerste alleen en later samen met Carla, met hen heb mogen maken. Ik ga inpakken, mijn trouwe camper terugbrengen naar zijn stal en dan op weg naar het vliegveld. Ik neem afscheid van mijn trouwe lezers en hoop dat ik je met mijn verhalen heb kunnen meenemen in de schoonheid en emoties van dit land. Tot de volgende reis en bedankt voor alle reacties die gegeven zijn.

Aboriginals en Indianen hebben de wijsheid van de natuur. Tijdens deze reis is voor mij een tipje van de sluier opgelicht. Dit kan ik het beste uitdrukken in een overpeinzing van een Hopi Indiaan die tijdens deze reis tot mij kwam.

Maak me wijs,

opdat ik de schoonheid mag doorgronden.

Laat me de Lessen lezen

die in ieder blad en iedere rots verborgen is.

Ik zoek naar Kracht,

niet om belangrijk te zijn, maar om mijzelf begrijpen

Reizen geeft een zee van ruimte

Een zilveren gloed laat de duintoppen oplichten in de donkere nacht. In verbazing staren wij naar buiten. Het blijkt vuurwerk te zijn, ver weg in de bewoonde wereld. Het oude jaar maakt plaats voor het nieuwe jaar. Wij zitten binnen in het “het Hilton” van Frans en Ester. Inmiddels is het de derde keer dat dat het nieuwe jaar gestaag zijn opwachting maakt. Het was 22.00 in Bamboos waar wij wild kamperen in de duinen. Op dat moment is het in Melbourne 24.00 uur, deze tijd was afgesproken om het nieuwe jaar in te luiden. Wij waren laat met het verorberen van de avondmaal en besloten om de tijd te verleggen naar 23.00 uur. Op een bepaalde plek in Australië zou het dan nieuw jaar zijn. Inspirerend idee om zo 2017 in te gaan. Het niet bestaande in het bestaande laten overgaan. Met een harde plop, het enige geluid in deze omgeving, werd de champagne ontkurkt. In plaats van oliebollen aten wij een soort halve tompoes om het feest een beetje aan te kleden. Wij spraken af geen wensen en voornemens naar elkaar uit te spreken, met een leef het leven en geniet is ook 2017 ingeluid. Besloten onze mandjes te gaan opzoeken en ineens kwam het zilveren licht. Naar buiten gegaan om dit zilveren zuiderlicht te aanschouwen. Het duurde kort en daarna kropen wij onder de wol van het nieuwe jaar. De volgende ochtend een nieuwjaar duik genomen in Spencer Gulf. Een frisse duik onder een grijs wolkendek die in de golven verdwijnen. Voorbij Kangaroo Island, die in mijn blikveld ligt, is het grote niets, daarna Antarctica, de Zuidpool. Voor mij nog steeds een lokkende verleidende bestemming. Na een laat ontbijt hebben wij gefoerageerd en toeren door de omgeving. De wolken hingen nog steeds laag, de wind wakkerde steeds meer aan en dat gaf een herfstachtige sfeer in het zomerse Australië. In de beschutting van de campers gegeten, slaapmutsje en onder de dikke warme molton deken. De volgende dag naar Marion Bay op York Peninsula. Eerste deel nog over gravel en zandwegen, gelijk mij laatste ervaring op deze ondergrond en het onvermijdelijke signaal lampje aan en lampje uit. Voor Frans het signaal dat de 4WD was in of uitgeschakeld. Glooiende graanvelden met eenzame broccoli bomen en in de verte witte flanken van de duinen geven het landschap een dichterlijke sfeer. Deze keer moeite om een overnachtingsplek te vinden. De zomer vakantie is begonnen en veel gezinnen trekken richting de kust. Uiteindelijke een camping gevonden, de laatste twee plekken. Frans en Ester aan de ene kant van de camping en wij aan het uiterste puntje van de andere kant. Eindelijk rust riepen wij in koor. Bij F&E het diner genuttigd en daarna hetzelfde ritueel. Volgende dag naar Innes National Park. Opnieuw geïmponeerd door de schoonheid van dit gebied. Deze keer de vergezichten op de zee met mooie baaien en kleine stranden. Waar ik ook ga in Australië, ik geniet van de natuurlijke schoonheid, ruimte en vrijheid. Het is misschien moeilijk voor te stellen, maar in dit immense land met weinig bewoners kruipt de ruimte en vrijheid onder de huid. Uiteraard is er altijd een verlangen naar dierbaren thuis, maar naar de weidsheid, vrijheid en oer wijsheid in dit land zal ik zeker terug verlangen. De afwisseling van de natuur is in een straal van een honderd kilometer te vergelijken met rijden langs de kust in Ierland , de Ardennen in België, de Cevennen in Frankrijk en uiteindelijk de woeste droge rode gebieden in Spanje. Na Marion Bay zijn wij via de Oost kust van York Peninsula naar Clare gereden, ongeveer 200 kilometer boven Adelaide. Oorspronkelijk wilden wij vanaf Alice Springs terug vliegen, maar de plannen zijn gewijzigd, wij vliegen nu vanaf Adelaide. Vandaag door het wijngebied van Clare Valley gereden. Onderweg passeren wij oude verlaten dorpjes, die nu een historische bezienswaardigheid zijn. Hier zijn de Engelse invloeden nog duidelijk te herkennen, vooral de pubs voldoen aan alle verwachtingen. Via het asfalt in glooiende heuvels komen wij op smalle gravelwegen die zich door gele korenvelden slingert, afgewisseld met groene flanken van wijngaarden. Langzaam gaat het landschap veranderen en rijden wij weer op stoffig gravel de strak gestreken verlatenheid in. In de verte weerkaatst het zonlicht op de gladde geel getinte heuvels. Aan de horizon stijgt een stofwolk op die zich snel verplaatst. Een auto komt ons tegemoet, ramen dicht en ventilatie sluiten. Lang blijft het stof hangen, de wind is niet krachtig genoeg om deze te verjagen. Daar zijn weer de kangaroo’s, Carla juicht, het zijn haar eerste kangaroo’s deze reis. Gelukkig komen wij er nog een paar tegen, bij het wegspringen slaakt Carla huppende kreten. Nog in de ban van de kangaroo komen wij bij Red Banks National Park. Hier weer het oogverblindende prachtige oker rode zand en gesteente. Wij lopen door een drooggevallen rivierbedding. De ondergrond is nog spekglad, ik probeer in een onmogelijke hoek een foto te maken, glij onder uit en lig vervolgens op mijn rug in de modder. In zulke situaties is het eerste waar ik aan denk “mijn camera”, deze hou ik stevig vast. Vervolgens worden de verdere bewegingen ongecoördineerd en is een glijpartij onvermijdelijk. Haha, maar de camera is nog in tact. In de foto serie is het resultaat te zien, niet van de glijpartij, wel van de schoonheid van het gebied. Ook hier waren de Aboriginals de eerste en oorspronkelijke bewoners, zij zijn nu de beheerder van dit National Park, wat nog steeds Aboriginal gebied is. Terug naar het bivak en verstild zitten genieten van een prachtige zonsondergang. Morgen richting Adelaide. Dan nog twee dagen en dan vliegen wij terug. Ik zal nog één laatste kort verhaal schrijven, maar voor nu So far so Good. Reis mee en geniet, ook van de verbeelding in de foto’s.

Reizen, daar waar de aarde de wolken ontmoeten.

De stilte is hoorbaar in de verlatenheid van het kale vlakke landschap. Wij staren in oneindige verte. Frans zegt “ aan de horizon ontmoet de aarde de wolken “. De wolken keurig geordend in de blauwe hemel ontmoeten aan de einder het vlakke land. In deze stilte ontmoeten wij elkaar. Zwijgend lopen wij terug, de begrijpende blik zegt meer dan woorden. Toen ik vanmorgen opstond, de camperdeur openzwaaide was het wassende water van de vorige dag verdwenen. Een aantal grote plassen waren de enige zichtbare herinnering aan het noodweer van de vorige dag. De zon straalde en om 08.00 steeg de temperatuur naar 30 graden. In het “Hilton” van Frans en Ester is gisteren besloten om naar het zuiden naar York Peninsula te gaan. Het bivak opgebroken en richting Stuart Highway gereden, de belangrijkste verbindingsweg van Darwin naar Adelaide, 3065 kilometer lang. Wij rijden eerst van Yulara naar Erldunda over de Lasseter. Een prachtige weg 244 kilometer door zeer afwisselend landschap. De sporen van de botsing tussen de cyclonen zijn overal zichtbaar. Geknakte bomen die treurig over het wegdek lagen gebogen. Grote takken, losgerukt van de stam liggen verweest op het zwarte asfalt. Aan weerkanten van de weg twinkelde de zon in het hemelwater, soms een kleine plas, dan weer een kilometers lang meer. Creeks en rivieren die in deze tijd altijd zijn drooggevallen, zijn nu gevuld met hemelwater. De ontmoeting tussen hemelwater en de droge aarde heeft de natuur zichtbaar blij gemaakt. De natuur straalde, toont de mooiste kleuren uit haar palet. Carla en ik ontmoeten elkaar in de verwondering over zoveel schoonheid. Aan het eind van de Lasseter slaan wij rechtsaf de Stuart Highway op. Nog 800 kilometer te gaan naar Port Pirie aan de kust. Eerst een tussenstop in Marla. Er is meer verkeer op de weg, in plaats van 4 auto’s per 100 kilometers zijn wij nu 10 auto’s tegenkomen. Onderweg wisselt het landschap van vorm en kleur, slechts onderbroken door een lang recht lint van asfalt. Wij passeren een drooggevallen meer, tot onze verbazing staat het vol water. Gestopt en naar het meer gelopen. Aan de rand schitteren de zoutkristallen in het zand, het nieuwe hemelwater ontmoet aan de horizon de blauwe lucht. Langs het meer loopt een spoorbaan, vanwege de heftige regen en overstromingen rijden er geen treinen. Het hele traject zal eerst gecontroleerd moeten worden op verzakkingen. Terug gelopen en uit de groene tas van Ester komen de attributen voor de dagelijkse “koffietijd”. Altijd vers gezette doordruk koffie met koekjes !! Doorgereden en overnacht bij een roadhouse in Marla. Hier waren de gevolgen van de storm zichtbaar, veel geknakte bomen en wateroverlast. De kakatoe’s hadden duidelijk plezier in de vele plassen, kwetterend liepen zij rond en keken naar zichzelf in de weerspiegeling van het water. De volgende dag door gereden naar Glenbambo, opnieuw overnacht bij een roadhouse. Onderweg wilden wij bij Coober Pedy de gravelweg nemen naar de Breakaways nemen. Helaas was deze afgesloten vanwege de slechte conditie van de weg. Jammer voor Carla, wij hadden haar deze prachtige plek graag laten zien. Gelukkig heb ik de foto’s nog van de vorige keer. Het landschap langs de Stuart Highway is een pareltje van schoonheid. Regelmatig ontmoeten de handen van Carla en mij elkaar, een liefdevol kneepje geeft aan dat wij genieten. Uiteindelijk in Port Pirie aangekomen, daar overnacht. Wij hebben onszelf getrakteerd op heerlijke Fish en Chips. Voor de komende dagen inkopen gedaan, wij gaan weer uit de bewoonde wereld en zullen voornamelijk overnachten op bush campings. De volgende dag rijden wij langs de kust van York Peninsula. Stoppen bij verschillende havenplaatsjes en genieten van de vergezichten, daar waar de zee de strak blauwe lucht ontmoet. Uiteindelijk een campsite gevonden, hier was geen plek meer. Carla liep met de kaart van de Peninsula in de hand naar Frans, die in de auto voor ons zat. Een auto stopte en een man vroeg; are you lost, nee zei Carla wij zoeken een bush campsite. Bleek het de Ranger van dit gebied te zijn en hij gaf ons een aantal bush campsites. Hij ging bellen of daar plaats was. Ester had haar telefoonnummer gegeven, wij wachten en het verlossende telefoontje kwam. Eerst een deel op asfalt, 4 WD aan, het gravel op en door het zand. Wij kwamen bij een plek die Bamboos heet. Hier is geen enkele voorziening, het is dus wild kamperen met toestemming. Het is een prachtige plek in een duingebied en nieuwe verwondering over de fauna en flora in dit gebied. Wij staan in een kom van het duin met de zee aan de andere kant van de heuvel. Hier ontmoet het zacht okergele zand de helder blauwe zee. Ineens komen alle ontmoetingen samen. Schoonheid zit in ontmoetingen, ontmoetingen in de betekenis van ont – moeten, los van moeten, vrij van moeten. Bij ontmoetingen gaat het om onbeoordeeld, onbevangen, open staan voor wat is. Ik word geraakt door iets of iemand, een beleving die kan variëren in de intentie. Ik schrijf dit in een duinpan hoger op het duin. Ik kijk over een prachtig duinlandschap, zover als mijn ogen reiken. Er is stilte gevuld met uitbundig zingende vogels en de wind zorgt voor een concert door de verschillende gewassen een geluid te geven. Op zo’n moment is er een ontmoeting, met de natuur en met mijzelf. Flarden van ontmoetingen komen voorbij. Tijdens een reis door Tibet heb ik een oude Tibetaanse monnik ontmoet. Althans ik noemde dat ontmoeten. Hij heeft mij een les voor het leven mee gegeven. Toen ik afscheid wilde nemen sprak hij de wijze woorden, je mag afscheid van mij nemen als je vindt dat je mij ontmoet hebt. Ik ben drie dagen langer gebleven, veel met hem gesproken, stilzwijgend en met woorden. Sindsdien ben ik mij bewuster van de betekenis van ontmoeten en ontmoetingen. Ineens komt over de duintop de geur van gebakken bacon overwaaien. Een eind verderop staan Aussies, het is duidelijk dat ook hun dag is begonnen. De bewolkte lucht breekt en het wordt lichter. Ester komt naar buiten, zwaait en begint haar dagelijkse ritueel. Frans en Carla slapen nog, vandaag geen reisdag en voor hen kan de nacht de dag later ontmoeten. Het is 31 december en om 00.00 uur gaat het oude jaar het nieuwe jaar ontmoeten. Om half vier Nederlandse tijd gaan wij het nieuwe jaar in, hier 00.00 uur. Ik neem afscheid van het oude jaar en ben dankbaar voor vele ontmoetingen. Wij gaan oudejaars avond in. Ik wens je een gezond en vooral reislustig nieuwjaar. Blijf genieten van alle schoonheid in het leven, leef het leven.

Panta Rei ; Reizen in Klamme Lappen weer.

Het is nacht, een bewolkte sterren loze donkere nacht. Het is half vijf in de ochtend. Met slaperige ogen stappen wij uit de camper. Een half uur later geeft de opkomende zon de bewolkte lucht vele rood/gele mengkleuren. Ester is al bezig om koffie te zetten. Frans is de auto aan het inspecteren. De stoere vrouwen gaan de Rim Walk lopen en zij willen om 06.00 uur beginnen aan deze tocht. Als er later wordt begonnen is de temperatuur boven op de berg te hoog om te lopen en dan wordt deze Walk gesloten. Frans heeft deze tocht al een keer gelopen en blijft mij gezelschap houden. Mijn koni’s ( knieën) zijn in slechte staat en deze klim vergt teveel van de pootjes. Ik kan het doen maar ik zal dan een paar dagen met volgelopen knieën moeten lopen, besloten om niet te gaan. Wij brengen Ester en Carla weg, ik loop mee tot de voet van de berg en zie even later dat zij als twee klimgeitjes omhoog gaan. Even zwaaien en 4 uur later halen wij de helden weer op. Op de top nog even contact via het bakkie, 4 uur later het bericht dat zij gearriveerd zijn en wachten om opgehaald te worden. Ik zal wat foto’s plaatsen die onderweg door de berggeiten gemaakt zijn. Dankzij de bewolking was de tocht qua temperatuur prima te doen en verder hebben zij voldoende rustmomenten ingelast om onderweg te genieten van de schoonheid die tijdens deze tocht overweldig aanwezig is. Tijdens de lunch hebben Frans en ik de stoere verhalen aangehoord. Inmiddels begon het te regenen, heftige buien teisteren de campers. De Kings Canyon heeft zich inmiddels verscholen achter een regengordijn. Onder de luifel gegeten en onder het genot van een drankje besloten om morgen richting Uluru – Kata Tjata National Park te gaan. Zo gezegd zo gedaan, de volgende dag koffie gedronken onder overkapping, ontbeten onder het dak van de camp kitchen, wagens gestart en rijden. Het was een rustige rit over asfaltwegen en in een afwisselend landschap. De jonge desert oak tree’s staan keurig rechtop en geven het landschap een mooi reliëf. Ik blijf mij verbazen over de roodtinten in het landschap. Hier is sprake van 50 tinten rood en gecombineerd met 50 tinten grijs van de steeds wisselende bewolking. Gestopt bij Mount Cornor, een indianen rots die zich enigszins verscholen hield in de bewolking. Een mooi uitzicht punt met ook hier weer de aantrekkingskracht van de rode aarde. Ineens kwam Frans zijn stem over het bakkie. In de verte de beroemde Ayers Rock, nu Uluru, de oorspronkelijke naam die de Aboriginals hebben gegeven. Vanwege de bewolking waren alleen de contouren goed te zien. Wij hebben het bivak opgeslagen in Yulara. Inmiddels was duidelijk geworden dat wij te maken hebben met de gevolgen van twee cyclonen die Australië teisteren. De komende dagen zal de zon zich niet laten zien en krijgen wij te maken over heftige regenbuien en met zware windstoten. Tussen de buien door zijn wij aan het eind van de dag naar Uluru gegaan om zonsondergang te zien. Geen zon, het blijft een bijzondere aanblik. Een vlak landschap met een donker gekleurde “kerststol” in het midden. Hoewel er geen zon was, veranderde de kleur wel steeds. Wij zijn een rondje om de Rock gaan maken en hoe dichter bij ik kwam hoe meer ik werd geïmponeerd door dit natuurwonder. Met deze eerste indrukken weer terug naar het bivak en vol verlangen naar de volgende dag om deze wonderschone Rock opnieuw te bewonderen. Zodra wij terug waren werd de uitdrukking regen als pijpenstelen werkelijkheid. Onmiddellijk stond het terrein blank en de camper kreeg natte voeten. Onder de luifel de lichtjes van de twee kerstboompjes laten branden en een uitgebreid arsenaal aan kerstliedjes ten gehore gebracht. De kerstman liet het afweten, normaal komt deze met de brandweerwagen, sirene en luid toeterend de camping over, helaas vanwege het slechte weer en gebrek aan sneeuw liet de kerstman verstek gaan. Regen kletterde de volgende ochtend op de camper. Later klaarde het op en zijn wij weer op pad gegaan naar Uluru. Nu stond deze Rots in volle glorie te pronken. Ik ben opnieuw geïmponeerd en toen ik dichter bij kwam naar de verwondering steeds meer toe. Lopend naar de voet van dit natuurwonder was er opnieuw voelbare kracht en energie. Nog steeds verbaas ik mij door dit verschijnsel, ik voel het in mijn buik en ook hier kwam de ontroering. Met ontzag keek ik omhoog, opzienbarend, zoveel schoonheid in ieder detail van dit natuurlijke wonder. Er waren weinig andere mensen, bij één van de mooiste plekken kwam ik een man tegen met tattoo en grote baard, bierfles in zijn hand. Hij vroeg of ik genoot van deze plek. Ik gaf bevestigend antwoord, wees op zijn bierfles en vroeg of hij ook genoot. Hij schoot in de lach, riep Merry Christmas, liep verder en het gerammel van meerdere bierflesjes in zijn rugzak begeleidde hem op zijn pad. Frans, Ester en Carla zaten sereen te genieten bij de Waterpool, een verstillend mooie plek van de Uluru. Boven ons vormden zich op de rug van de Rots watervallen. Ieder nadeel heeft zijn voordeel. Geen grote kleurverschillen door het wisselende zonlicht, wel een spectaculair tafereel door al de watervallen die zich op deze flanken van de rots naar beneden storten. De oh’s en ah’s klonken luider, steeds wijzen naar weer een mooie waterval die zich kletterend van de rots liet glijden. Na dit spectaculaire schouwspel zijn wij richting de Olgas gegaan. De weg was regelmatig volgelopen en de enorme plassen waren een dankbaar object om doorheen te crossen. Wij blijven toch kinderen en niets leuker dan hard door plassen rijden. Zelfs “ Crumpie” voorop het dashboard van de auto leek even te glimlachen. Het bleef hard regenen en daardoor was het zicht op deze imposante rots beperkt. Vol met indrukken en emoties terug gereden naar ons bivak. Kerstdiner bij de campers, groene curry met rijst. Na eten vroeg naar bed, de volgende ochtend willen wij naar het zuiden vertrekken. S’ nachts maakte de campers zowat slagzij, enorme windstoten, die gepaard gingen met onvoorstelbare hevige regen. Dit zorgde voor een onrustige nacht. Om 07.00 belde Ester met de mededeling dat wij niet gingen rijden. De storm en de regen was te hevig. In de loop van de dag bleek dit de enige juiste keuze te zijn. De campers kwamen steeds meer onder water te staan en op een gegeven moment konden de campers als woonboot gebruikt worden. Een uitzonderlijke situatie, ik heb dit onstuimige weer in deze hoedanigheid nog nooit meegemaakt. Terwijl ik zit te schrijven staat ons bivak onder water, op de foto’s is dit goed te zien. Ik zie Carla door het water lopen, haar benen zijn niet meer zichtbaar, zo hoog staat het water daar. Een man heeft zijn kano van het dak gehaald en peddelt tot grote hilariteit over de camping. Kinderen achtervolgen joelend en spetterend de kano. Iemand wilde stoer door het water rijden, is gestrand midden in het water, wordt er op dit moment uitgesleept. In volgend verhaal laat ik weten hoe het verder met ons en het weer is gegaan. So far so good en echt waar, ook nu is het genieten.

Reizen in 50 tinten groen

Het harde gezoem van bijen wekte mij vroeg in de morgen. Ik doe de deur open en kijk voorzichtig omhoog naar de takken van de bomen boven mij. Geen bijtje te zien. Ik loop onder de bomen vandaan, kijk in de lucht, hangt een grote drone boven mij te zoemen. De Japanners, die verder op staan, zitten achter een computer en besturen de drone. Ik hoop niet dat dit een volgende rage zal worden van de Japanners. Op dit moment is de selfie met stick nog de rage, overal waar zij gaan gaat een stick omhoog om zichzelf te fotograferen. Het is fijn om weer met Carla te zijn, gisteren weer bijgepraat, vannacht heerlijk geslapen met mijn lief aan mijn zijde. Het ritme moet nog gevonden worden, het is net als bij samenwonen. Ieder heeft zijn eigen gewoonten en systeem ontwikkelt en dan is het zoeken naar een balans. Door eerdere ervaringen hebben wij die snel weer gevonden en Carla voelt zich thuis in het reizende circus. Zij is met open armen ontvangen door Frans en Ester en zorgen heel lief voor haar. Inmiddels is de inwijding voorbij en reizen wij verder. Carla zoekt zelf nog naar haar bioritme vanwege het tijdsverschil van 9 uur. Vandaag is de foerage dag, boodschappen doen in een verkoelende supermarkt en aanvullende attributen kopen voor auto en campers. Bij Apollo langs gegaan om toestemming te krijgen voor de Mereenie loup ( Red center way) , ik rijd met een rescue team ( Frans) en daarom geen enkel bezwaar. S’ middags weer het zwembad in gedoken, sissend koelen wij af bij 40 graden buitentemperatuur. S’ avonds feestmaal voor Carla gemaakt, Tagliatelle met kip en de overheerlijke mosterd saus. De volgende ochtend vroeg op, wij gaan naar de West Mac Donnell, de andere helft van de bergketen bij Alice Spring. Komende dagen rijden wij steeds door Aboriginal Land. Zodra wij de stad ( dorpje) achter ons hebben gelaten doemen de rood gekleurde bergen weer op. Het weer is omgeslagen, bewolkt en temperatuur zakt naar 30 graden. Komende dagen zal daar geen verandering in komen en er is een grote kans op Thunder Storms. Zodra wij Alice Springs uitrijden krijgt verwondering en verbazing weer voorrang. De diversiteit aan natuurlijke schoonheid is in Australië onuitputtelijk. Eerst rijden wij langs roodgekleurde bergwanden met gele graspollen die prachtig contrasteren tegen de rode aarde. Vervolgens komen wij in een gebied waar alle groen in vele tinten en varianten het landschap kleuren. Door de vele regen juicht de natuur. Ineens slaan wij een gravelweg in en komen bij de Ellery Gorge. Tussen de bergwanden ligt een grote pool die opgelicht wordt door stralen zonlicht. Een wonderschone plek, een paradijsje, daar gaan wij op een bush camp overnachten. Bivak gemaakt en daarna het water ingedoken. Een onbeschrijfelijk gevoel, zwemmen tussen enorme bergwanden, met aan het eind een smalle doorgang naar andere pools. Heerlijk verkoelend, vooral voor Carla was dit een verademing. De overgang van koude naar 40 graden heeft een allergische opgeleverd. Haar armen en benen lijken wel schuurpapier, het zijn kleine bultjes die als reactie op deze allergie haar lichaam bekleden. Wat het meest vervelend is “het Jeukt” en krabben mag niet. Dan is koel water heerlijk. In het water genieten wij van de schoonheid en stilte om ons heen, hoewel ik niet kon nalaten om ook hier even mijn dolfijn act te demonstreren. Ester was naar het eind van de pool gezwommen, plotseling kwam zij hard lopend over het water naar ons toe. Bleek in het midden van de pool van een zandbank te liggen, het was als of zij over water liep. Aan de rand van de pool zitten wij stil naar de weerkaatsing van berg en de bomen in het water te staren. Af en toe schiet een Kingfisher naar beneden om een scheutje water te drinken. Een kleine reiger staat stil op zijn prooi te wachten, de scherpe snavel recht vooruit en klaar om de diepte in de duiken. S’ avonds was de hemel bedekt met wolken, helaas geen sterrenpracht. De volgende ochtend een duik in de pool genomen,daar kan geen douche tegenop. Opnieuw verandert het landschap, het wordt vlakker en aan weerkanten een groen lint van struiken en bomen. Hier rijden wij door een romantische verlatenheid. Op een hoog punt is het uitzicht adembenemend, tot aan de horizon zijn heuvels in geel en groentinten. Afgeslagen naar Orche Pit, een Aboriginal plek waar zij de verfstoffen halen voor bepaalde rituelen. Allerlei verschillende kleuren oker en rood. Deze werden van de rotswand geschraapt en daarna vermalen tot poeder. De typisch mystieke sfeer die zo eigen is voor de Aboriginal plekken was ook hier weer voelbaar. Terug op de parkeerplaats toonde Frans mij een schroef. Een sissend geluid van het linker achterband maakte duidelijk dat deze lek was. Het Esfra team pakte dit voortvarend aan. Helaas bleek het benodigde materiaal niet aan de verwachtingen te voldoen. Hier kwam het improvisatie talent van het Esfra team. Samen lagen zij onder de auto, al glurend en wriemelend kwam uiteindelijk het reservewiel naar beneden. Wiel verwisseld, bleek het reserve wiel kleiner en ook nog eens zwaar onder de modder. Het laatste kon verholpen worden het eerste niet. Eerst maar een plek zoeken voor overnachting en morgen doorrijden en morgen doorrijden naar Kings Canyon, daar kon de band gerepareerd worden. Hier zonder reserve wiel rijden is geen optie, hoewel Frans er nog eentje op zijn auto heeft liggen. Deze keer geen camp of camping, maar een plek aan een rivier onder oude Red Gums. Deze plek moest via zandweggetjes en door drooggevallen kreken met veel keien worden bereikt. Ik kan blijven schrijven in superlatieven, een prachtige plek die door Frans en Ester op een vorige reis is ontdekt. In de buurt was het Glenn Helen Resort met een restaurant, waar wij een heerlijk kangeroo biefstuk hebben gegeten. Het smaakte zo goed dat wij daar ook voor het ontbijt naar toe zijn gegaan. Deze ochtend opnieuw gebadderd in de rivier, fris en fruitig gingen wij op weg naar de Kings Canyon. Voordat het asfalt in gravel/zand overging, is een stop gemaakt in de krater van een gebergte. Het “off the road “ gevoel was hier weer, zand, keien, grind op een smal bergweggetje. Gestopt voor de lunch en daarna over de Mereenie loup naar Kings Canyon. Een goede gravelweg, met veel wasborden. Af en toe glad rood zand in de bochten waarbij de camper soms naar de zijkant van de weg afdreef. De regen heeft ervoor gezorgd dat de weg niet gortdroog was, daarom waren de stofwolken achter de auto minder lang dan op de Oodnadatta. Eind van de dag aangekomen op de camp site bij Kings Canyon. Het is nog steeds bewolkt met een aangename temperatuur van rond de 30 graden, dat is wel even prettig, geen brandende zon op je lijf. Een fenomenaal uitzicht op de Kings Canyon. Wij gaan nu eerst even zwemmen en gaan nog even kijken voor het lopen van de Kings Canyon Rim Walk morgen. So far so good. Het blijft genieten.

p.s. Je zal wel begrijpen dat in de Out Back van Australië geen internet en telefoon verbindingen is. Ik beschrijf meerdere dagen in één verhaal, de beschrijvingen worden korter, intentie blijft hetzelfde. Bij foto’s zijn twee series opgenomen, om je ook beeldend mee te later reizen. Geniet weer mee.

Reizen met ontroering onder de huid

Teder kust de nacht de dag wakker. Aan de einder klimt de zon langzaam omhoog om zijn warmte naar moeder aarde te brengen. Hier in Alice Springs is de zon goedgemutst, het is half acht en de afgegeven warmte heeft een temperatuur van 28 graden. De maan wil ook nog even blijven, de zon en de maan kijken even naar elkaar in het strak blauwe firmament. De zon klimt naar grote hoogte, de maan neemt afscheid, verdwijnt en zal vanavond weer zijn opwachting maken. Het bivak wordt opgebroken en binnen een half uur worden de motoren gestart. Wij gaan naar het Mac Donnell gebergte ten oosten van Alice springs. Het zijn evenwijdig aan elkaar geregen lage bergruggen en kloven. Het eerste deel wordt gekenmerkt door een spekkoek bergrug, mooi horizontaal gelaagde groen/bruin gekleurde plakken in de berg. Verderop zijn de plakken omgevallen en getransformeerd in een verticaal roodgekleurd bergmassief. Deze rode kleur is kenmerkend voor centraal Australië. Wij stoppen bij Emily Gap, een geheime heilige plek van de Aboriginals. Wij lopen in de richting van deze plaats, eerst op een breed pad met fijn zand geflankeerd door witte oude bomen (Gum Tree). Ik sta stil en loop terug naar de auto, haal voor de zekerheid mijn reserve batterij voor de camera. Frans en ester zijn doorgelopen. Ik loop voor de tweede keer deze entree binnen. Ik voel ineens wervelingen in mijn buik en een warme wind langs mij heen. Ik ben geraakt, het is alsof iemand of iets mij met open armen ontvangt. In stille verwondering loopt ik verder. In de verte zie ik de sacred place, Frans roept mij toe dat je hart hier sneller zal gaan kloppen. Frans is gaan zitten, ik kom op de plek en ik wordt heel stil van binnen. Plotseling biggelen de tranen over mijn wangen, ik probeer ze weg te vegen, maar geen houden aan. Ik geef mij over en nu stroomt alles in mijn lijf. Opnieuw ben ik verwonderd over zoveel ontroerende emotie. Hier voelde ik alsof iemand of iets armen om mij heen sloeg en een gekoesterd gevoel gaf. Ik ga naast Frans zitten en samen zitten wij voor ons uit te staren en delen stilzwijgend deze wonderlijke spirituele ervaring. Deze gevoelens zijn moeilijk te verklaren, de Aboriginals noemen het The Spirit. Het vermoeden bestaat dat dit een initiatie plaats voor jongens is geweest, waar zij naar een aantal rituelen man werden. Toen ik deze ervaring een plek heb kunnen geven kon ik pas foto’s maken. Later viel mij op dat Ester op geen van de foto’s staat. Overal waar wij zijn geweest staat zij op de foto, hier niet, Toeval ?? Op de terugweg delen Frans en ik onze ervaringen, wij komen niet verder dan elkaar begrijpend aankijken. Wij rijden verder naar Jesse Gap. Gedachten komen langzaam in balans. In de Jesse Gap, ook een heilige plaats van Caterpillar dreaming. Hier was het voor mij een stuk rustiger, prachtige plek om door te lopen, geen bijzondere ervaring. Ik was daar blij mee, de vorige ervaring werkte nog door. Hierna zijn wij naar Corroboree Rock gegaan, wederom een belangrijke plaats voor de Aboriginals. Een rots met twee gaten waar het licht doorheen kwam. Met verbazing liep in verder en zag de rots uit een ander gezichtspunt. Het bleek een heel smalle rots van 800 miljoen jaar oud te zijn die uit de vlakte was opgestegen. Het is de kathedraal voor de Aboriginals, een plaats waar zij, ook heden te dage, heel vaak bij elkaar komen. Er was een bord met een tekst die vroeg om respect te tonen en vooral niet buiten de aangegeven paden te gaan. Ook zonder bord is het voelbaar dat hier respect wordt gevraagd. Opnieuw word ik in een onbekende emotie getrokken, heel anders dan in de Emily Gap, toch voel ik ook hier de bijzondere sfeer, een sterk aanwezige energie die deze rots omarmt. Vol met alle indrukken besloten wij om door te rijden naar Trephina Gorge Camp Grond. Hier zullen wij 3 dagen, 2 nachten blijven en vandaar de omgeving verkennen. De Bush Camps in Australië zijn op prachtige plekken met altijd basis voorzieningen, water soms drinkbaar, vaak niet, wel altijd BBQ en een compost toilet. Wij hebben zelf altijd genoeg water bij ons, voor de zekerheid 270 liter. Verder hebben wij 4 liter whisky, 10 liter wijn en 8 liter bier in stock. Op een fantastisch mooie plek op deze camp ground hebben wij ons bivak opgeslagen. Frans heeft zijn eigen creatie: de “Buitenste Beste Bushdouche” weer in elkaar gezet en het in heerlijk om na een snikhete dag even in de buitenlucht onder een douche te staan. Het water is warm, dit wordt overdag in speciale zakken door de zon verwarmd en het is dan zo heet dat het met koud water gemengd moet worden. S’ avonds hebben wij naar de sterrenhemel zitten staren. Het was volle maan en toen de maan over de kim van de berg kwam, leek het wel of iemand het licht had aangestoken. Het had wel een heel speciaal effect op de bergrug tegenover ons bivak. De maan bescheen de rode bergwand en de vogels begonnen te zingen. Wij waren moe van alle emotie deze dag en gelouterd gingen wij slapen. De volgende dag zijn wij naar de John Hayes rock pool gegaan. De weg er naar toe gingen via een rotsachtig pad, de auto baande zich moeiteloos edoch traag een weg omhoog. Uiteindelijk bij de pool aangekomen en opnieuw een magische plek. De pool lag tussen hoge rotsen, het water glinsterde in het schaarse zonlicht. Het water was verkoelend en wij hebben daar heerlijk gezwommen. Na de lunch zijn wij weer naar ons bivak gegaan, de rest van de dag lui liggen te genieten van alle schoonheid om ons heen. S’ avonds opnieuw genoten van een buitenaardse prachtige sterrenhemel. Ik merkte wel dat ik onrustig begon te worden. Carla was bezig om zich voor de bereiden op de vlucht naar haar lief. Hier in de bush is geen telefoon en internet mogelijk. Ik ben communicatief van de buitenwereld afgesneden. Ik kan pas weer contact met haar maken als wij terug zijn in Alice Springs en dat is tegen de tijd dat Carla een tussenlading maakt in Dubai. Om lang verhaal kort te houden, dat is ook gelukt. Wij zijn van de bush weer terug gegaan naar de campsite in Alice Springs. Daar was het voorbereiden op de komst van Carla. Na een onrustige nacht was eindelijk de ochtend aangebroken en gingen wij naar het vliegveld. Ik had het gevoel of ik naar mijn eerste afspraakje ging. Op het vliegveld eerst door een grondige controle en toen naar de gate waar zij zou aankomen. Ik liep naar buiten en zag tegelijk een vliegtuig landen. Dat moet Carla zijn, dacht ik. De Airbus werd vlak voor mij geparkeerd en ik stond met mijn neus tussen de tralies van het hekwerk. Ineens zag ik haar, zwaaien en snel naar binnen. Toen ik haar in mijn armen sloot was de ontroering zo sterk dat opnieuw de waterlanders een vrije loop kregen. Met betraande gezichten stonden wij elkaar lachend aan te kijken. Frans en Ester kwamen ook naar Carla en gaven haar een warme hartelijke omhelzende verwelkoming. Terug naar de campsite en de rest van de dag dicht bij elkaar doorgebracht. Het reisgezelschap heeft een nieuwe samenstelling, wij gaan met elkaar verder reizen. Er is nog zoveel om je over te verwonderen en te bewonderen, daarover volgende verhalen. So far so good.

Bertus Priklap op de Oonadatta

De wind brengt de lange naalden van de Desert Oak in beweging, ik word gewekt door een zacht ruisend geluid. De zon schijnt oogluikend door het gaas van mijn camper. Ik kruip onder mijn lakentje vandaan en stap uit de camper in een oase van rust. Ester heeft de koffie klaar, Frans rookt zijn shaggie, stilzwijgend drinken wij koffie en genieten van de rust die deze plek ons brengt. Ineens komt iedereen in beweging, het bivak wordt opgebroken. De auto’s worden gestart en grommend banen zij zich een weg over de zandvlakte. In mijn achteruitkijk spiegel kijk ik nog éénmaal naar de groene oase achter mij. Wij zijn op weg naar Coober Pedy voor de volgende overnachting. Stoppen in Williams Creek, waar volgens Frans en Ester prima koffie en heerlijke Pie te krijgen is. Het was weer een schot in de roos, een roadhouse zoals je alleen maar in films ziet. Hier wordt een reizigers overleg gehouden, ik wilde heel graag de Breakaways zien, een heilige plaats voor de Aboriginals. Glimlachend reageerde Frans, prima dan rijden wij totaal 160 kilometer om, no worries, kilometers tellen wij niet. Zijn knipperlicht gaf aan dat wij een zijweg van de Oodnadatta waren ingeslagen, op naar Coober Pedy en de Breakaways. Ik geniet van het duinlandschap waar wij door heen rijden, prima gravel, af en toe slippend over het gladde zand. Ik verbaas mij nog steeds over de afwisseling, vele vele lange kilometer door de vlakke verlatenheid en dan ineens doemen heuvels op. Dichterbij wordt een palet aan groene tinten zichtbaar, gestileerd in een geel duinlandschap. De regen heeft de natuur een opkikker gegeven. Na 3 uur komen twee zendmasten in het vizier. Dit is een teken dat wij de bewoonde wereld naderen. Ineens zie ik langs de weg allemaal punthoeden heuveltjes, het zijn er duizenden. Dit is het gebied waar opaal wordt gezocht en soms gevonden. Ieder punthoedje staat voor een claim en de eigenaar heeft daar naar het waardevolle mineraal gezocht. Wat ook opvalt zijn heuvels met allemaal pijpjes boven de grond. De mensen wonen hier onder de grond, de hitte is hier zo hevig dat zelfs een airco geen verkoeling kan brengen. Boven de grond staat wel een klein huisje, waar de auto ofwel auto’s naast geparkeerd staan. Dit is de ingang van de woning die zich onder de grond bevindt. Alleen van het idee krijg ik kippenvel en een benauwd gevoel. Camping opgezocht, de plaatsen zijn onder een scherm tegen de hitte. Bivak gemaakt en met de Toyota naar de Breakaways gereden. Eerst reden wij langs de punthoeden heuvels, volgen een brede gravelweg die steeds smaller en bochtiger werd. Ineens kwamen twee taarten van heuvels in mijn gezichtsveld. Twee oprispingen van de natuur in het vlakke landschap. Voor de Aboriginals is dit spirituele gebied. De twee heuvels zijn Two Dogs, de ene wit en de andere licht bruin. Verderop een grote punthoed berg, Wati, de eigenaar van de honden. Zij hebben een al eeuwen een spirituele taak in dit gebied. Verspreid in het landschap liggen meerdere bergen en heuvels met prachtige aarde tinten. Wij zijn naar een hoger gelegen plateau gereden. Vandaar verbaas ik mij over de panoramisch schoonheid van dit landschap. Ik vind het beschouwend, indrukwekkend mooi, heb meer verwondering en verbazing dan ontroering. Met een hoofd vol indrukken terug gereden naar het bivak. Op de terugweg waren aan weerszijden van de weg allemaal punthoeden heuveltjes. Het geeft het landschap een futuristische aanblik. Na het eten begon tijdens de schemering mijn gevecht met de muggen. Zij hebben het op mij voorzien, de Haarlemse Mug. Binnen enkele ogenblikken word ik lek geprikt, spuiten helpt niet en mijn verzoek om ook eens bij de buren langs te gaan wordt genegeerd. Dit is al de zoveelste keer dat mijn lijf een kraterachtig uiterlijk heeft gekregen door de vele muggenbeten. Vandaar dat ik van mijn vrienden, die veel minder aantrekkelijk zijn voor de muggen, de bijnaam Bertus Priklap heb gekregen. Volgens mij vinden zij het stilletjes wel vermakelijk dat de muggen mij als priklap gebruiken. Zij zijn bijzonder blij met een priklap als reisgenoot. Mijn bed ingestapt met een door prikweg ingevet lijf. Ester heeft mij anti histamine gegeven om de jeuk dragelijker te maken. Na een korte nachtrust zijn wij de volgende dag weer op weg gegaan naar Oodnadatta. Vandaar vervolgen wij de Oodnadatta Track richting Marla. De gravel weg naar Oodnadatta was recht toe recht aan door een vlak landschap. In Oodnadatta aangekomen rijden wij recht op het Oodnadatta Pink Roadhouse af. Alles op, aan en in het roadhouse is Pink en het roadhouse is “wereldberoemd” om de Oodnadatta Burger. De temperatuur is inmiddels opgelopen tot 40 graden, wij hebben de verkoeling van het roadhouse opgezocht en uiteraard de burger besteld. Het is inderdaad een enorme burger met van alles erop en er onder. Na het verorberen van deze burger besloten wij om door te rijden naar Marla. Oorspronkelijk wilden wij overnachten in Oodnadatta, gezien de temperatuur en geen schaduwplek was de keuze snel gemaakt. De verkoeling in de auto kreeg de voorkeur en de 220 kilometer die daarvoor gereden moest worden accepteerden wij met volle overtuiging. De weg was vaak modderig vanwege de regen die de afgelopen tijd is gevallen. De auto’s hadden steeds wisselende ondergrond, gravel, zand, modder en dan weer diepe modderplassen. Regelmatig diepe sporen in de modder van auto’s die een glijpartij hadden gehad .Het vergde veel concentratie van de rijders om de auto’s in koers te houden. Na weer een diepe duik in een modderpoel groef mijn 4 WD bushcamper zich een weg omhoog. De camper kwam boven met een motorkap die onder de rode modder zat, de koplampen waren niet meer te zien en de voorruit was ook onder een laag modder bedekt. Inmiddels hebben de auto’s een blakend rode OutBack uiterlijk. Uiteindelijk heelhuids en zonder problemen in Marla aangekomen, camping opgezocht met zwembad. Bivak geïnstalleerd, daarna direct het zwembad ingedoken en een uur in het koele water gedobberd. S’ avonds vertelde Ester, onze reisleidster van de dag, dat wij de volgende dag rustig aan konden doen. Het was nog maar 266 kilometer naar Alice Spring over de Stuart Highway, een prima asfalt weg. Het werd een latertje, de volgende dag braken wij het bivak in een heel rustig tempo af, gingen nog uitgebreid ontbijten, dronken koffie, starten de mortoren en gingen op weg. Na 180 kilometer stopten wij bij Kulgera Roadhouse voor een heerlijke Pie en koffie. Toen wij de weg opreden stond daar opeens een bord met Alice Springs nog 235 kilometer. Ineens was er druk bakkie overleg, zijn wij verkeerd gereden, hebben de Aussies de afstand langer gemaakt, helaas had Ester een rekenfout gemaakt en bleek de totale afstand meer dan 400 kilometer te zijn. Dit was voor de mannen een hilarisch moment, Ester maakt bijna nooit fouten in berekeningen of route die wij gaan rijden. Uiteindelijk gaat het zoals het gaat, no worries wij rijden verder. Ineens kwam via mijn bakkie een bericht binnen, Frans ging stoppen. Er was een lampje gaan branden dat er iets mis was met de transmissie. De automaat van de Toyota was vanwege de harde wind, het geaccidenteerd terrein steeds naar de juiste versnelling aan het zoeken. Dit veroorzaakte hete olie in de transmissie en dan gaat er een lampje branden. Geen onbekend verschijnsel, stil staan met draaiende motor, afkoelen en dan weer verder. De overdrive werd niet meer gebruikt en de rit verliep verder probleemloos. Ieder nadeel heeft zijn voordeel. Bij de plek waar wij stonden geparkeerd was een grote krater met water. Daar vlogen Rainbow Bee Eater rakelings over het water en schepte met hun puntige snavel een paar druppels op. Ik heb geprobeerd foto’s te maken, regelmatig te laat, gelukkig twee maal een lucky shot. Ondertussen werd ik gadegeslagen door een paar Emu’s, die mijn camera heel interessant vonden. Uiteindelijk heb ik, omdat zij zo aandrongen, ook van hen een paar foto’s gemaakt. Na deze tussenstop door gereden naar Alice Springs. Wij overnachten hier en gaan dan door naar de East Mac Donnell National Park voor een bush campsite. So far so good. Het blijft genieten hier.

p.s. Ik heb niet overal internet, vandaar dat de verhalen nu langer zijn omdat zij een langere periode beslaan. Hopelijk toch reismee leesplezier.

Reizen in verbondenheid.

De karavaan trekt verder, nieuw avontuur tegemoet. De auto met campertrailer en mijn camper zijn gereed gemaakt voor de grote track over de Oodnadatta. Bandenspanning is verlaagd om meer grip te krijgen op de gravel en zandwegen en bij het rijden over de wasborden stuitert de auto minder. Het voelt vreemd om deze plek te verlaten, ik voel mij hier heel sterk verbonden met de natuur. Wij zijn de afgelopen dagen door zoveel schoonheid gereden, op magische plekken gelopen en was de kracht van de natuur voelbaar. Degene die mij kennen weten dat ik geen groepsmens ben en dat ik heel graag alleen reis. Ik voel mij dan het meest verbonden met mijzelf. Reizen met Frans en Ester is voor mij een nieuwe ervaring. Na twee weken samen reizen voel ik mij verbonden met de wijze waarop zij reizen en het reizen beleven. Op deze wijze samen reizen is voor mij een openbaring en ik ben heel trots op mijn vrienden dat ik deze gelegenheid heb gekregen om dit te ervaren. Ik begrijp nu heel goed hun verbondenheid met dit land en voel die verbondenheid samen met hen. Frans ken ik al 40 jaar en onze vriendschap is altijd gebleven, ook als wij elkaar lange tijd niet zagen. Die verbondenheid is er dus altijd geweest, maar samen reizen is anders, dan leer je je vrienden echt kennen. Carla heb ik ook het beste leren kennen op onze reizen, zij is mijn liefste beste reismaatje. Deze reis heb ik er twee reismaatjes bij gekregen. De verbondenheid met mijn liefste lief is elke dag voelbaar en tegelijk mis ik haar, verlang naar haar. Op de lange ritten door de verlatenheid is de stoel naast mij leeg, voelbaar leeg. Ik heb een Australische sim kaart en kan haar gelukkig via WhatsApp bellen. De afstand is groot, de verbinding is prima en de verbondenheid voelbaar. Ik weet dat zij ziek op bed ligt en mij met een zacht, snotterig stemmetje zegt dat zij zich beroerd voelt. Dan wil ik wel even over gestraald worden, net als ik Star Trek. Ik hoop wel dat zij zich snel beter zal voelen, volgende week Zondag wil ik haar in mijn armen sluiten in Alice Springs. Op dit moment zijn wij onderweg, rijden de Oodnadatta Track en staan op een prachtige bush camping, wij zijn de enige passanten. De zonnepanelen staan weer opgesteld om ons van energie te voorzien. Toen wij uit de Flinders Ranges vertrokken eerst over een asfaltweg die zich door het glooiende landschap meandert. Eenmaal op het gravel de 4WD ingeschakeld en vervolgens bergje op en bergje af. Afwisselend gravel, zand, kleine en grote stenen als ondergrond. Tweemaal moest een rivierbedding worden genomen, waar het water nog doorstroomde. Altijd spectaculair, opspattend water aan de zijkanten en klotsend water onder de auto door. Ik reed achter Frans en kon zijn spoor volgen. Aan de overkant was Ester uit de auto gesprongen om mijn doorwading vast te leggen. Ineens gingen wij weer omhoog en toen ik de top had bereikt keek ik uit over een enorme vlakte. Dit is het decor voor de volgende 600 kilometer. Wij rijden zoveel mogelijk in één constante snelheid, tussen de 65 en 70 kilometer. Dit is een prima snelheid om over de wasborden, dwarse geulen in de weg , te rijden. Ineens sloeg Frans linksaf, ik volgde en wij kwamen in een mijngebied. Hier wordt steenkool afgegraven, geen mijnwerkers die diep onder de grond gaan, maar enorme machines die het steenkool afgraven. Hierdoor ontstaan gigantische heuvels en kraters in het landschap. Indrukwekkend om te zien, maar ook vervreemdend in dit landschap. Verder gereden en de eestte stop was bij Oasis Roadhouse in Lyndhurst 30 people ( most days) stond op het bord bij het binnenrijden. Dit is typisch zo’n plek waar de nomaden, reizigers en handelsreizigers heden ten dage overnachten. Je kunt een cabin huren of zoals wij de campers parkeren. Geen drinkwater, wel stroom. Ik begrijp nu waarom de Aussies bierdrinkers zijn. Temperatuur is inmiddels opgelopen tot 35 graden. S’ avonds koelt het af, onder de sterrenhemel nog een drankje genomen en toen onder de lakens. S’ nachts toch weer onder de wol gekropen, zo sterk koelt het af. De volgende ochtend vroeg de motoren gestart en op weg naar Coward Springs. Opnieuw een bush camping, zonder voorzieningen. De eindeloze weg in een verlaten vlakte is het decor. Soms doemt in de verte een verlaten huis of een oud station gebouwtje op. Vroeger lag hier de spoorweg van Adelaide via Alice Springs naar Darwin. Nu alleen nog restanten rails, bevoorrading tanks voor water en spoorbielzen die voor het merendeel al zijn weggehaald door de lokale bevolking. Zij gebruiken deze om er huizen, hutten en afscheidingen van te maken. In mijn cabine heb ik gezelschap gekregen van een vlieg, die regelmatig om mijn hoofd zoemt en het liefst in mijn oren of neus gaat zitten. Ik doe altijd de twee ramen open en dan verdwijnen de vliegen, deze niet. Op het moment dat mijn hand naar het knopje gaat duikt hij als een Spitfire onder het dashboard, zodra ik de ramen sluit komt hij weer naar boven en vervolgt zijn aanval op mijn hoffelijke gaten. Zen en de kunst van het vliegenmeppen is het nieuwe adagio geworden. Ik werd ineens uit mijn Zen gehaald, in de verte zie ik in de vlakte twee vliegtuigen rechtop staan. Frans en Ester zijn al afgeslagen en als ik dichterbij kom zie ik allerlei kunst objecten. Al deze kunstobjecten zijn gemaakt door Aboriginal kunstenaars die in dit gebied wonen. De wandeling langs de objecten gemaakt, zie foto’s. Ook dit werkt vervreemdend, wij hebben de hele weg nog niemand gezien en ook in de verre omtrek is geen bewoning. Ik vind het wel indrukwekkend, juist in deze verlatenheid. Een volgende verwondering waren de natuurlijke bronnen in dit dorre landschap. Blijkt dat onder de grond het grootste waterreservoir van de wereld ligt. Wij hebben twee bronnen bewonderd. Het water borrelt daar omhoog, verdwijnt in het landschap en lost in zichzelf op. Na een tijdje rijden komt een groene oase in zicht. Daar is Coward Spring onze bush camping. Het bivak wordt ingericht, schaduw is belangrijk bij een temperatuur van tegen de 40 graden. De groene oase is te danken aan een bron, die ook hier het water omhoog stuwt. Er is een kleine natuurlijke ”jacuzzi” van 1.50 bij 2.20. Hier hebben wij met z’n drieën heerlijk gestaan in het koele water. Na een makkelijke maaltijd, een prachtige zonsondergang gaan wij nog even onder de sterrenhemel genieten van een drankje. So far so good, reis in verbonden mee en geniet. Ik geniet in dit prachtige land.